Bij een geothermische warmtepomp of een water/water warmtepomp met bodembron wordt er gebruik gemaakt van passieve koeling waarbij “passief” slaat op het feit dat de warmtepomp zelf eigenlijk niet wordt gebruikt. Men spreekt ook wel over vrije koeling. Er is immers al een koudebron diep in de grond, waardoor de compressor niet hoeft te draaien. De circulatiepomp daarentegen blijft wel actief en gaat als het ware omgekeerd tewerk. De warmte wordt immers uit het verwarmde huis getrokken en opnieuw afgegeven aan de bodem. Een bijkomend voordeel is dat de warmte die je tijdens het koelen opnieuw naar de bron voert, diezelfde bron ook terug opwarmt. Zo krijg je een extra hoog rendement in de winter.
Ter illustratie: op zomerdagen met temperaturen van 35 graden en meer, haal je de temperatuur in je huis met passieve koeling gemakkelijk naar beneden tot zo’n 22 graden. En dat op een enorm energiezuinige manier: een klassieke airco, daarentegen, vraagt enorm veel energie. Bovendien zijn er bij passieve koeling geen storende koude luchtstromen, wat het ook een heel aangename manier van koelen maakt. Een belangrijk aandachtspunt is echter wel dat passieve koeling een continu en traag systeem is. De temperatuur snel laten zakken, is niet mogelijk. Het is dus aangewezen om de koeling tijdig te activeren, om te voorkomen dat de temperatuur te hoog oploopt.